Blogposts

Blog

Geplaatst op zondag 04 oktober 2015 @ 05:34 door Travelboy , 1213 keer bekeken

Vakantie of een lange rit, het kan een redelijk dramatische aangelegenheid worden met een kind met wagenziekte. Gelukkig heeft Inge 15 handige tips om onverwachte braakpartijen te voorkomen.

Superleuk, die vakantie naar Zuid-Frankrijk (‘dan weten we zeker dat we goed weer hebben’), maar niet
als je een kind hebt dat wagenziek is. Zodra je van de achterbank je 7-jarige dochter hoort murmelen ‘dat ze zich niet zo lekker voelt’, weet je wat je te doen staat. Zo snel als veiligheidstechnisch mogelijk is de auto parkeren (pas op voor de vangrail), kind eruit, maaginhoud eruit.

 

Alternatief: een flinke stapel zakjes (tip: het stevige soort) voorhanden. Neem dit vooral letterlijk: ‘voor de handen van het kind’ – dus niet ergens achterin een dashboardkastje of onderin de koelbox. Met bijkomstig nadeel dat het allemaal binnensauto’s gebeurt en je dus geen gevaarlijke manoeuvres op de snelweg uit hoeft te halen, maar de stank helaas ook binnensauto’s blijft. Voor best wel heel erg lang.

 

Misschien is dit artikel gezien het tijdstip van publicatie een beetje ‘too little too late‘, maar niet voor het eerstvolgende bezoek aan oma in Arnhem, het weekendje weg naar de Ardennen en de heerlijke vakantie naar Italië die er volgend jaar weer van komt. Iets over een slimme meid die op haar wagenziekte voorbereid is.

1. Positie en houding is belangrijk

Plaats het zitje van je kind (of gewoon je kind zonder zitje) in het midden op de achterbank, zodat ze goed naar (door) de voorruit kan kijken. Als ze oud genoeg is, zit ze het liefst voorin.

2. Hold your head in the upright position

Ook is het beter als ze haar hoofd naar achteren (tegen de bank aan) houdt, in plaats van dat ze ‘los’ hangt. Dus meer in de ontspannen, achteruitleunende pose dan ‘op het puntje van de stoel vooruit kijken’. Grappig om te weten waarom het zo belangrijk is dat ze door de voorruit kan kijken: dan weet ze wanneer er een bocht aankomt en welke kant deze opgaat, en kan haar brein zich daarop voorbereiden. Dat is waarom degene die rijdt zelden misselijk wordt.

3. Vermijd schermen

Hoe verleidelijk het ook is om de kinderen een paar uur zoet te houden met Nijntje, Cars, de Lion King of Frozen te kijken, bij een kind met (neiging tot) wagenziekte is het een absolute no-go. Dat weten we allemaal wel, maar waarom is dat precies zo? Doordat de beelden (vooral als ze elkaar snel opvolgen) voor dusdanig veel visuele stimulatie zorgen, raakt je kind’s perceptie van beweging in de war (‘een conflict in de hersenen’). Daardoor wordt misselijkheid aangewakkerd.

 

4. Liever ook geen boek lezen

Niet van een scherm, maar ook boeken zijn in dit geval niet handig. Dit komt doordat de ogen van je kind gefocust zijn op de tekst in het boek, terwijl zijn oren de beweging om hem heen waar blijven nemen. Die verwarring veroorzaakt – net als bij de tablet – vaak misselijkheid.

5. Lekker vintage: ik zie ik zie wat jij niet ziet…

Wat kinderen dan wél kunnen doen? Hoe ouderwets: ‘pratende spelletjes': noem hoofdsteden met alle letters van het alfabet, ik neem een bekend persoon of dier in gedachten en jij moet raden wie/wat het is of ik-zie-ik-zie-wat-jij-niet-ziet . Wat ook kan: luisteren naar audio-boeken.

6. Herken signalen (en anticipeer daarop)

Mocht het toch misgaan, zorg dan dat je de signalen oppikt. Als je zoon zegt ‘dat ‘ie zich niet zo lekker voelt’, laat hem dan meteen uit het raam kijken. Zeg hem dat hij een aantal keer rustig en diep ademhaalt. Adem in…. en weer uit. Zorg dat hij met zijn gezicht goed in de luchtstroom van de airconditioning (niet té koud) zit. Als dat niet werkt, parkeer de auto (als je dat nog niet al gedaan had), laat hem zijn ogen dichtdoen en rustig ademhalen tot de misselijkheid afneemt.

7. Zorg dat ‘ie het niet te warm heeft

Het is fijn als hij het niet te warm heeft; het kan helpen om een jas of trui uit te trekken.

8. Goede timing kan uitkomst bieden

Een intikker – maar als je kinderen hebt die overdag nog slapen, probeer dan een ritje in de auto rond die tijd te plannen. ‘s Avonds rijden is ook een optie (en belemmert misselijkheid omdat er minder ‘te zien’ is en dus minder visuele impulsen), hoewel niet iedere bestuurder dat even prettig vindt.

9. Vooraf eten is wél een goed idee!

Veel ouders denken: ‘Als ze niets eet voordat we de auto instappen, kan ze ook niks overgeven’. Verkeerd gedacht. Door niet te eten is de maag juist meer ontvankelijk voor ‘a-typische ritmes’, wat misselijkheid kan opwekken. Ze hoeft niet per se heel veel te eten (meer dan normaal), maar met een lege maag op weg gaan is geen goed idee. Denk aan makkelijk verteerbare, geen vette maaltijden en snacks met veel proteïne (een cracker met pindakaas of een mueslireep). Liever niet teveel zoetigheid. Een gemberkoek (of snoepje met gembersmaak), aangezien gember positief werkt tegen misselijkheid. Zorg ook dat ze genoeg (water) drinkt: te weinig drinken (uitdroging) kan misselijkheid versterken.

10. Drink vooraf geen frisdrank

Koolzuur is een no-go, daar raakt de maag van streek van. Dat geldt trouwens ook voor koffie en alcohol, maar voor het gemak gaan we er even vanuit dat je kinderen dat nog niet drinken.

11. Pilletjes tegen wagenziekte

Ze helpen helaas niet bij iedereen, maar voor kinderen (ouder dan 2 jaar) is er weinig mis met allicht proberen. Let wel: kinderen kunnen er een tikkeltje druilerig van worden, dus eventueel wil je beginnen met een halve pil. Fijne bijkomstigheid is overigens dat kinderen jonger dan 2 jaar zelden last hebben van wagenziekte.

12. Heb een paar pakjes sportlife paraat

Dit werkt ook niet per se voor iedereen, maar een continu bewegende mond zorgt er bij sommige kinderen voor dat ze niet of minder misselijk worden.

13. Tip voor de bestuurder

Rijd rustig, trek niet al te snel op en neem de bochten niet al té enthousiast.

14. Plan pitstops

Een pitstop bij de benzinepomp, even de benen te strekken, wat frisse lucht inademen, een korte wandeling maken, even een sprintje trekken. Al is het maar tien minuten, het helpt.

15. Als het allemaal niet mag baten… goed nieuws!

Over het algemeen is reis- en wagenziekte iets dat bij uitstek voorkomt tussen de leeftijd van 2 en 20 jaar. Bij veel ‘patiënten’ wordt het vaak na hun twintigste vanzelf minder. Zeggen ze.

 

bron: www.famme.nl



Reacties

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.